Door Michael Le Page
In Peru is een fossiel gevonden van een 43 miljoen jaar oude walvis die nog op vier poten op het land kon lopen. Het is de eerste amfibische walvis die op het zuidelijk halfrond is gevonden, en suggereert dat walvissen er al vroeg in hun evolutie in slaagden om over de Zuid-Atlantische Oceaan te zwemmen.
Het 3 meter lange dier leek een beetje op een otter of een bever, met vier poten en een grote staart om te zwemmen.
Advertentie
“Het was nog steeds in staat om zijn gewicht op zijn ledematen te dragen,” zegt Olivier Lambert van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, een lid van het team dat de ontdekking deed. “Hij hield het midden tussen volledig lopend en volledig aquatisch.”
Beleef de Galapagos zoals Darwin dat in 1835 deed: Varen op een New Scientist Ontdekkingsreis
Walvissen ontwikkelden zich ongeveer 50 miljoen jaar geleden in Zuid-Azië, uit een hondachtig wezen dat verwant was aan herten en nijlpaarden. Naarmate ze meer aquatisch werden, begonnen deze vroege walvissen zich langs de kusten te verspreiden.
Fossielen van semi-aquatische walvissen zijn onlangs gevonden in West-Afrika. De jongste ontdekking suggereert dat deze vroege walvissen er minstens 43 miljoen jaar geleden in slaagden om van daar naar Zuid-Amerika te zwemmen.
Lees meer: Galerij: Walvisevolutie – van land naar zee
Op dat moment lag de West-Afrikaanse kust slechts 1200 kilometer van het huidige Brazilië, en was er een westwaartse stroming. Maar het zou nog steeds een week of twee hebben geduurd om de oversteek te maken. Dat kan erop wijzen dat deze walvissen al in staat waren om zonder zoet water te overleven, en om op zee te slapen.
Ze bereikten al snel ook Noord-Amerika, waar fossiele tanden zijn gevonden die dateren van ongeveer 41 miljoen jaar geleden.
De laatste gemeenschappelijke voorouder van alle moderne walvissen en dolfijnen leefde 37 miljoen jaar geleden, dus de nieuwe ontdekking kan een van de voorouders van de moderne walvissen zijn. Het is echter veel waarschijnlijker dat het een neef is – een lid van een zijtak die is afgestorven, zegt Lambert.