The 2 micron plasmid of Saccharomyces cerevisiae is a relatively small multi-copy selfish DNA element that resides in the yeast nucleus at a copy number of 40-60 per haploid cell. Het plasmide is in staat te overleven in gastheerpopulaties met een bijna chromosoom-achtige stabiliteit met behulp van een partitioneringssysteem en een kopiegetal-controlesysteem. Het eerste deel van dit artikel beschrijft de eigenschappen van het partitioneringssysteem dat bestaat uit twee voor het plasmide gecodeerde eiwitten, Rep1 en Rep2, en een partitioneringslocus STB. De huidige gegevens ondersteunen een model waarin het Rep-STB systeem plasmide segregatie koppelt aan chromosoom segregatie door de fysische associatie van plasmide moleculen met chromosomen te bevorderen. In het tweede deel ligt de nadruk op het Flp plaats-specifiek recombinatiesysteem dat in het plasmide is gehuisvest en dat een kritieke rol speelt in het handhaven van een stabiel plasmide kopiegetal. Het Flp-systeem corrigeert elke afname van de plasmidepopulatie door plasmide-amplificatie te bevorderen via een door recombinatie geïnduceerd rolcirkel-replicatiemechanisme. Adequate plasmide amplificatie, zonder runaway toename van het aantal kopieën, wordt verzekerd door positieve en negatieve regulatie van FLP genexpressie door plasmide gecodeerde eiwitten en door de controle van Flp niveau/activiteit door post-translationele modificatie van Flp door het cellulaire sumoyleringssysteem. Het Flp-systeem is met succes gebruikt om mechanismen van plaatsspecifieke recombinatie te begrijpen en om gerichte genetische veranderingen teweeg te brengen voor het aanpakken van fundamentele problemen in de biologie en voor het bereiken van bio-engineering doelstellingen. Een bijzonder interessante, en misschien minder bekende en ondergewaardeerde, toepassing van Flp in het onthullen van unieke DNA topologieën die nodig zijn om functionele bekwaamheid te verlenen aan DNA-eiwit machines wordt besproken.

Articles

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.