Water heeft net als alle fysieke dingen (gemaakt van massa) een dichtheid. Als vloeistof heeft het minder dichtheid dan vaste stoffen en meer dichtheid dan gas (maar zelfs dingen die met hoge snelheid onze dampkring raken, worden beschadigd).
Stel je voor dat je naar beneden springt op modderige grond – je zult waarschijnlijk een beetje zinken en een kleine holte maken en ongedeerd blijven, maar je zult niet dieper de grond in gaan zonder extra kracht uit te oefenen – het is in die zin het equivalent van duiken in water: er komt een punt waarop je aanvankelijke duik tot stilstand wordt gebracht en je jezelf moet dwingen om weer in beweging te komen. Stel je nu voor dat je vanaf 100 m op dezelfde modderige grond naar beneden springt… dan ga je je toch bezeren, want je valt sneller? Hetzelfde geldt voor water, alleen minder omdat het minder dicht is en meer meegeeft (maar niet oneindig meegeeft, anders zou het een vacuüm zijn) aan de kracht die wordt geleverd door de vallende jij – val snel/van hoog genoeg en je zult net zo gewond raken.
Jouw geestesoog lijkt aan water te denken alsof het een ruimte zonder weerstand is, terwijl het in feite uit materie/stof bestaat.