Hoe je leven te delen (Voorbeeld #1)

Ik zal beginnen met een waar gebeurd verhaal. Toen onze oudste zoon, Tim, op de lagere school zat, hadden we een schommel in de achtertuin. Hij stond voor de terrasdeur, zodat mijn vrouw en ik de kinderen konden zien spelen. We woonden in een gehuurde duplexwoning in een woonwijk vol met gehuurde duplexwoningen. De “achtertuin” was een open grasvlakte die zich over de hele lengte van het huizenblok uitstrekte. Een paar buurtkinderen, een broer en zus, speelden op de schommel met onze twee jongens. Het was zomer en de terrasdeur stond open, met alleen de hor dicht om insecten buiten te houden. We konden de kinderen horen spelen en schreeuwen.

Toen zei Tim (met die conversatie-achtige schreeuw die basisschool-jongens gebruiken): “Laten we mijn vader halen om buiten met ons te komen spelen!” Hij sprong van de schommel en liep naar de terrasdeur. Maar toen…

Maar toen…

De buurjongen lachte en zei: “Met je vader spelen? Dat is gek!”

Tim stopte met rennen naar de deur, draaide zich om, en ging terug naar zijn schommel.

Mijn hart brak voor het andere jongetje en zijn zusje. Ik begreep op dat moment dat hun vader nooit met hen speelde. Het idee alleen al was onvoorstelbaar!

Spelen met je kinderen is je leven met ze delen. Het is een daad van meetbare liefde.

Hoe deel je je leven (voorbeeld #2)

Het was de winter van 1973-74. Penney en ik waren die november net getrouwd. We verhuisden onmiddellijk naar het Memphis, Tennessee gebied, en ik was in de elektronica school aan de Naval Air Technical Training Command. Penney en ik stonden ’s morgens om half vijf op. Nadat ik snel ontbeten had, ging ik de deur uit en reed ik 20 mijl naar de marinebasis om de hele dag lessen bij te wonen. Ik reed naar huis, en we aten. Dan maakte ik huiswerk – wiskunde en elektronica cursussen – tot ik uitgeput in bed viel, rond middernacht.

We waren beiden achttien jaar oud. Penney was nog nooit van huis weg geweest. Een piepklein appartement, een nieuwe stad, geen vrij geld, en de enige auto was bij mij, twintig mijl verderop. Ze verveelde zich, was eenzaam, had heimwee, en ik was geen hulp. Ik had geen idee hoe ik haar beter kon laten voelen. Ik was te jong en onvolwassen om zelfs maar echt te kunnen meeleven.

Penney raakte bevriend met een paar van de andere vrouwen in het appartementencomplex. Ze waren ook getrouwd met matrozen. Een van de oudere vrouwen (dat wil zeggen, misschien dertig), genaamd Bonnie (God zegene je, Bonnie!) gaf Penney wat advies: “Vertel Bob hoe je je voelt, en vraag hem om elke avond na het avondeten een half uur met je door te brengen voor hij aan zijn huiswerk begint.”

Die avond, Penney zette me neer op de bank en liet me luisteren. We hadden een gesprek. Tjonge, wat was dat ongemakkelijk voor me! Ik wist dat ze gelijk had. Alles wat ze zei was waar. Vanuit mijn standpunt betekende dertig minuten met haar doorbrengen dertig minuten minder slaap, omdat ik nog steeds evenveel werk te doen had.

Ik wist niet hoe ik het ging laten werken, maar ik was vastbesloten om het tenminste te proberen, dus beloofde ik haar dat ik het zou doen. Dertig minuten na het avondeten voordat ik aan huiswerk begon. We zouden het samen doorbrengen. Eerlijk gezegd, op dat moment, had ik geen idee wat we zouden doen. Op de bank zitten en duimen draaien? Maar, weet je, we vonden altijd manieren om die tijd te laten vliegen. Soms speelden we kaart. Herinnert iemand zich spelletjes spelen met een spel kaarten? Er was geen internet in 1974. Soms praatten we over onze dag, of maakten plannen voor het weekend. Het maakte niet uit wat we deden. Het ging erom dat we samen waren, zonder afleiding.

Snel door naar het heden: Penney en ik hebben nog steeds die tijd samen, al is het in de loop der jaren veranderd. Soms zijn we er goed in, soms niet zo goed. Maar we zijn het er allebei over eens dat ons leven rijker is als we samen tijd doorbrengen. We proberen het al lang niet meer te meten – er is geen timer voor dertig minuten of zo – maar we maken samen tijd. Op dit moment is dat vaak ’s ochtends, na het ontbijt. We zitten en drinken koffie en praten. Uiteindelijk sta ik op en maak me klaar voor het werk, en maak de pendel naar mijn kantoor aan huis op de benedenverdieping.

Tijd doorbrengen met je echtgenoot is je leven met hem delen. Het is een daad van meetbare liefde.

Paulus zei: “…het was ons een waar genoegen om met u . … ons leven.” Uw leven is uw tijd. Het gaat niet om het verdienen van inkomen, of het schoonmaken van de goten, of het stofzuigen van de tapijten. Het gaat niet om het kopen van cadeaus of het maken van geschenken.

Liefde wordt gemeten aan tijd – je eigen leven – gedeeld met de mensen van wie je houdt.

“Lieve kinderen, laten wij niet liefhebben met woorden of spraak, maar met daden en in waarheid.” (I Johannes 3:18, NIV)

Articles

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.