Het Weefgedicht, zoals gepopulariseerd door Corrie ten Boom.
Ik hoorde dit mooie gedicht voor het eerst in een documentaire over het leven van Corrie. Ik weet niet of zij het schreef of het gewoon vaak deelde. Het meeste wat ik heb gevonden beweert dat zij de auteur is, maar er zijn aanwijzingen dat ze het gewoon deelde, maar niet wist wie het had geschreven.
Ze liet de mensen de onderkant van een weefgetouw zien, dat rommelig was met allerlei soorten knopen en gekruiste draden. Je kon niet zien wat het was of zelfs maar een hint zien van de ware schoonheid van het stuk. Maar toen zij het omdraaide, zag zij een prachtige kroon, prachtig geweven uit al die slordige draden van de onderkant. Wij zien vaak alleen de onderkant, maar God is de meesterwever en zal iets moois van ons leven maken als wij Hem dat toestaan.
Het weven
Mijn leven is slechts een weven
tussen mijn God en mij.
Ik kan de kleuren niet kiezen
Hij weeft gestadig.
Vaak weeft Hij verdriet;
En ik in dwaze trots
Vergeet dat Hij de bovenkant ziet
En ik de onderkant.
Nog voordat het weefgetouw zwijgt
En de shuttles ophouden te vliegen
zal God het doek ontrollen
En de reden openbaren.
De donkere draden zijn even nodig
in de vaardige hand van de wever
als de draden van goud en zilver
in het patroon dat Hij heeft gepland
Hij weet, Hij houdt, Hij geeft;
niets kan deze waarheid verduisteren.
Hij geeft het allerbeste aan hen
die de keuze aan Hem overlaten.