Een besmettelijke ziekte bereikt epidemische proporties wanneer zij zich in betrekkelijk korte tijd onder een groot aantal mensen verspreidt. Mensen hebben epidemieën gekend zolang zij in gemeenschappen samenleefden. Maar toen mensen eenmaal in groten getale over de wereld begonnen te reizen, namen zij besmettelijke ziekten met zich mee en werden epidemieën pandemieën – ziekte-uitbraken van wereldwijde omvang.
De Zwarte Dood, zoals de pest in de jaren 1200 werd genoemd, was een van de vroegste pandemieën die we kennen. In veel opzichten bepaalde het hoe mensen in de toekomst zouden reageren op grootschalige uitbraken van ziekten. Sommige van de maatregelen die werden ontwikkeld om de pest te bestrijden, worden vandaag de dag nog steeds gebruikt. De wereld heeft daarna nog twee pestpandemieën gekend.
Smallpokken is een andere epidemische ziekte die al eeuwenlang in gemeenschappen voorkomt. Maar het heeft een unieke plaats in de geschiedenis van epidemieën als de enige besmettelijke ziekte die volledig is uitgeroeid bij alle menselijke populaties.
Het verhaal van de pokken is nauw verbonden met het verhaal van de vaccinatie, de techniek die door William Jenner werd ontwikkeld om te voorkomen dat mensen pokken opliepen. Vaccinatie is een enorm succes gebleken bij het voorkomen en beheersen van de verspreiding van besmettelijke ziekten, maar sinds haar begindagen heeft vaccinatie tot controverse geleid.
Aan het begin van de 20e eeuw namen de meeste infectieziekten af, maar het aantal gevallen van poliomyelitis (polio) begon toe te nemen en bereikte halverwege de eeuw epidemische proporties. Uitzoeken waarom deze voorheen zeldzame kinderziekte (ook bekend als kinderverlamming) in opmars was en hele gemeenschappen trof, was een waar medisch detectiveverhaal.