Veiligheid en ethische overwegingen

Ooplasmatische transfer werd in het midden van de jaren negentig geïntroduceerd in een reproductief medisch centrum in de Verenigde Staten om onvruchtbaarheid te behandelen bij vrouwen ouder dan 35 jaar die er niet in waren geslaagd zwanger te worden ondanks herhaalde pogingen met traditionele IVF-technieken. Destijds ontbraken echter gegevens over de veiligheid van de techniek op lange termijn, en er waren nog geen tests op diermodellen uitgevoerd. Ook de gevolgen voor de gezondheid van heteroplasmie waarbij het mtDNA van de donor betrokken is, waren onbekend. In het begin van de jaren 2000 leverden studies van mitochondriale vervanging bij dieren tegenstrijdige resultaten op; sommige dieren leden bijvoorbeeld aan versnelde veroudering of een afname van de cognitieve functie op volwassen leeftijd, terwijl andere ogenschijnlijk gezond waren en zich konden voortplanten. Terwijl ooplasmatische overdracht aanvankelijk bedoeld was voor de behandeling van onvruchtbaarheid, waren later ontwikkelde technieken in de eerste plaats gericht op het voorkomen van de overdracht van mitochondriale ziekten. Evenals bij de ooplasmatische overdracht was er echter weinig bekend over de veiligheid ervan. Het was ook onzeker in welke mate zij de overerving van mitochondriale ziekte konden voorkomen.

Het effect van mitochondriale manipulatie op de erfelijkheid blijft onbekend. Maar omdat mtDNA wordt doorgegeven aan nakomelingen, waarbij de kiembaan wordt overgestoken, hebben voortplantingstechnieken waarbij mtDNA van een donor wordt gebruikt, de potentie om het verloop van de familie-afstamming te veranderen. Critici van IVF met drie personen beweerden dat de technieken zouden leiden tot de generatie van “designer”-baby’s, hoewel veel wetenschappers die mogelijkheid uiterst gering achten. Er is weinig bekend over de juridische, psychologische en sociale gevolgen voor het kind van drie genetische ouders.

Omwille van de vele onvoorziene risico’s wordt het gebruik van drie-ouder IVF beperkt. In 2001 introduceerde de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) een speciale toestemmingsvereiste voor het gebruik van mitochondriale manipulatietechnologieën, die in wezen het gebruik ervan verbood door voortplantingsklinieken te verplichten expliciet toestemming van de FDA te vragen. Het agentschap herzag wetenschappelijke kwesties met betrekking tot drie-ouder IVF in 2014, rekening houdend met de ontwikkeling van verbeterde technologieën met het potentieel om mitochondriale ziekte te voorkomen, evenals nieuwe gegevens uit dierproeven.

Debat rond drie-ouder IVF was prominent in het Verenigd Koninkrijk, waar onderzoekers de inspanning leidden om mitochondriale manipulatietechnologieën in klinische proeven te testen. Een panel in 2012 in het Verenigd Koninkrijk concludeerde dat het gebruik van de technologieën ethisch was. Wetten in het Verenigd Koninkrijk verhinderden kiembaanveranderingen, maar in 2014 werd een voorstel ingediend dat de mogelijkheid opriep om het genereren van drie-ouderbaby’s te legaliseren. Begin 2015 stemden parlementsleden in het Verenigd Koninkrijk voor het toestaan van drie-ouderbaby’s; het land stond op het punt om als eerste wetten in te voeren die het gebruik van IVF met drie personen begeleiden.

Kara Rogers

Articles

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.