Waar wordt diabase gevormd?
Diabase is een intrusief stollingsgesteente met dezelfde minerale samenstelling als basalt. Het koelt af onder basaltische vulkanen, zoals die op de mid-oceanische ruggen. Diabaas koelt matig snel af wanneer het magma zich in breuken en zwakke zones onder een vulkaan omhoog beweegt. Daar vormt het dijken (tabulaire stollingsgesteenten die over reeds bestaande gesteentelagen of -lichamen heen snijden) of sills (tabulaire stollingsgesteenten die zich parallel aan reeds bestaande gesteentelagen vormen). De gematigde afkoelsnelheid laat kleine zichtbare kristallen toe in het gesteente.
Waarom heeft de diabase grote en kleine kristallen?
Igneus gesteente met enkele grote kristallen tussen de kleinere kristallen wordt een porfier genoemd. De verschillende kristalgroottes zijn het resultaat van verschillende snelheden van afkoeling als het magma zich omhoog bewoog. De grote kristallen, fenokristallen genoemd, in diabaas zijn veldspaatkristallen die groeiden toen het magma langzaam diep in een magmakamer afkoelde. Later bewoog het magma met de grote fenokristallen zich snel naar boven, waardoor de rest van het magma sneller afkoelde en de kleine kristallen werden gevormd waaruit de rest van het gesteente is opgebouwd.