De vragenlijst van de Volkstelling 2010 zal naar elke wooneenheid in het land worden gestuurd. De persoon die het formulier invult (persoon 1) zal de informatie over het huishouden verstrekken, inclusief of de woning gehuurd of eigendom is, en zal slechts zeven vragen beantwoorden over elk lid van het huishouden, inclusief zichzelf:
- Naam.
- Sex.
- Leeftijd/geboortedatum.
- Spaanse etniciteit.
- Ras.
- Relatie tot de persoon die het formulier invult.
- Andere woonplaats, bijvoorbeeld militaire of universitaire woonplaats, als ze soms op een ander adres wonen.
Elke vraag – hoe ze is geformuleerd, hoeveel en welke categorieën zijn opgenomen – is zorgvuldig overwogen en vooraf getest. De informatie is ofwel wettelijk vereist om grondwettelijk verplichte informatie te verstrekken voor het verdelen van congreszetels, of voor het trekken van nieuwe wetgevende districtsgrenzen, het verdelen van federale fondsen, het beheren van federale programma’s, of ze wordt verzameld om de nauwkeurigheid en volledigheid van de volkstelling te helpen verzekeren. Hoewel de naam van elk lid van het huishouden ook wordt verzameld, blijft deze 72 jaar vertrouwelijk.
Drie van de bovengenoemde vragen die in de 2010-telling zijn opgenomen, worden hieronder uitgelicht.
Relaties binnen het huishouden
Iedere inwoner van een huishouden wordt vermeld op basis van zijn of haar relatie tot “Persoon 1,” in een van de 14 categorieën, waaronder echtgenoot of echtgenote, stiefzoon of stiefdochter, kamergenoot of kostganger, of ongehuwde partner. Deze antwoorden vertellen ons bijvoorbeeld hoeveel mensen alleen wonen of met niet-verwanten; hoeveel kinderen bij één ouder of grootouder wonen; en hoeveel huishoudens uitgebreide familieleden omvatten zoals schoonfamilie of volwassen broers en zussen. Samen geven deze antwoorden een momentopname van het Amerikaanse gezin. De informatie over relaties binnen Amerikaanse huishoudens wordt gebruikt voor federaal gefinancierde voedings- en onderwijsprogramma’s, financiering van huisvesting, en andere sociale diensten.
Hispanic Identity
Sinds de volkstelling van 1970 vraagt de vragenlijst aan de inwoners van de V.S. of zij van Hispanic afkomst zijn, en zo ja, met welke brede Hispanic groep zij zich identificeren. Hispanic origin is considered separately from race in the Census-and Hispanics may identify with any race. Als de grootste en snelst groeiende etnische minderheid in de Verenigde Staten is de informatie over de Hispanic-herkomst van toenemend belang. Het wordt gebruikt in tal van programma’s en voor het toezicht op gelijke kansen op werk.
Race
De vragenlijst 2010 vermeldt 15 rassencategorieën, evenals plaatsen om specifieke rassen in te schrijven die niet op het formulier zijn vermeld. In de telling van 2010 wordt de voor het eerst in de volkstelling van 2000 geïntroduceerde mogelijkheid voor respondenten om meer dan één ras te kiezen, voortgezet. Slechts ongeveer 2 procent van de Amerikanen identificeerde zich met meer dan één ras in de volkstelling van 2000, maar het percentage was veel hoger voor kinderen en jonge volwassenen en zal waarschijnlijk toenemen in 2010.
Voor meer informatie
U.S. Census Bureau, The 2010 Census Questionnaire: Informational Copy (januari 2009), online geraadpleegd op http://2010.census.gov/2010census/pdf/2010_Questionnaire_Info_Copy.pdf, op 13 april 2009.
U.S. Census Bureau, Questions Planned for the 2010 Census and American Community Survey (maart 2008), online geraadpleegd op http://2010.census.gov/2010census/pdf/2010ACSnotebook.pdf, op 13 april 2009.