In dit artikel worden de omstandigheden onderzocht die van invloed lijken te zijn geweest op de politieke voorkeur van de Polen tijdens de presidentsverkiezingen van november 1990. In het eerste deel wordt een korte inleiding gegeven op de politieke en economische situatie in Polen na het aan de macht komen van Solidariteit. Ook wordt hier een korte presentatie gegeven van de voornaamste kandidaten, Walesa, Mazowiecki en Tyminski, en hun politieke profielen. Vervolgens worden de resultaten van een enquête die een week voor de eerste ronde van de presidentsverkiezingen is gehouden, gepresenteerd en besproken. Geconcludeerd wordt dat er enkele systematische verschillen waren in sociaal-economische status en waarden van de aanhangers van de belangrijkste kandidaten. Specifieke kenmerken van Mazowiecki’s electoraat waren: hoge sociale positie, hoog opleidingsniveau en hoog inkomen. Typische waarden voor deze groep waren politiek en economisch liberalisme. Kenmerkend voor Walesa’s electoraat waren een laag opleidingsniveau, een hogere leeftijd en een beroep als kleine zakenman. Conservatieve katholieke moraal, antisemitisme en pro-markt attitudes waren oververtegenwoordigd onder Walesa’s aanhangers. Tyminski’s aanhangers, ten slotte, waren onevenredig veel arbeiders en jongeren. Zijn electoraat was anti-liberaal in zowel de politieke als de economische betekenis van het woord. Zijn aanhangers waren vaak tegenstanders van de traditionele katholieke moraal.