Bevestig uw roeping en uitverkiezing
3 Zijn goddelijke macht heeft ons alles geschonken wat het leven en de godsvrucht betreft, door de kennis van Hem (A)die ons geroepen heeft tot zijn eigen heerlijkheid en voortreffelijkheid, 4 waardoor Hij ons zijn kostbare en zeer grote beloften heeft geschonken, opdat gij daardoor (B)deel zoudt krijgen aan de goddelijke natuur, (C)ontkomen aan het verderf dat door de zondige begeerte in de wereld is. 5 Daarom moet u alles in het werk stellen om uw geloof (D) aan te vullen met deugdzaamheid, en deugdzaamheid (E) met kennis, 6 en kennis met zelfbeheersing, en zelfbeheersing (F) met standvastigheid, en standvastigheid met godsvrucht, 7 en godsvrucht (G) met broederlijke genegenheid, en broederlijke genegenheid (H) met liefde. 8 Want als deze eigenschappen de uwe zijn en toenemen, bewaren zij u voor onnut of (I)onvruchtbaar te zijn in de kennis van onze Heer Jezus Christus. 9 Want wie deze eigenschappen mist, is zo bijziend dat hij (J) blind is, omdat hij vergeten is dat hij (K) gereinigd is van zijn vroegere zonden.
Lees volledig hoofdstuk
Voetnoten
- 2 Petrus 1:3 Of door
- 2 Petrus 1:3 Of deugd
- 2 Petrus 1:5 Of voortreffelijkheid; tweemaal in dit vers
- 2 Petrus 1:8 Grieks deze dingen; ook de verzen 9, 10, 12