Fysische verandering
Als een ijsblokje smelt, verandert het van vorm omdat het de eigenschap krijgt te stromen. De samenstelling verandert echter niet. Smelten is een voorbeeld van een fysische verandering. Een fysische verandering is een verandering van een materiemonster waarbij sommige eigenschappen van de materie veranderen, maar de identiteit van de materie niet. Fysische veranderingen kunnen verder worden ingedeeld in omkeerbare of onomkeerbare veranderingen. Het gesmolten ijsblokje kan weer worden ingevroren, dus smelten is een omkeerbare fysische verandering. Fysische veranderingen die een verandering van toestand inhouden, zijn allemaal omkeerbaar. Andere toestandsveranderingen zijn verdamping (van vloeistof in gas), bevriezing (van vloeistof in vaste stof), en condensatie (van gas in vloeistof). Oplossen is ook een omkeerbare fysische verandering. Wanneer zout in water wordt opgelost, wordt gezegd dat het zout in de waterige toestand is gekomen. Het zout kan worden teruggewonnen door het water te koken, waarbij het zout achterblijft.
Het smelten van ijs in de Beaufortzee.
Wanneer een stuk hout tot zaagsel wordt vermalen, is die verandering onomkeerbaar, omdat het zaagsel niet opnieuw kan worden samengesteld tot hetzelfde stuk hout als het daarvoor was.
Het maaien van gras, of het verpulveren van een rots zijn ook voorbeelden van onomkeerbare fysische veranderingen. Brandhout is ook een onomkeerbare fysische verandering, omdat de stukken niet opnieuw kunnen worden samengevoegd tot de boom.
Hout.