Volledig Beknopt

Hoofdstuk Inhoud

De slechte regering van Samuels zonen. (1-3) De Israëlieten vragen om een koning. (4-9) De wijze van een koning. (10-22)

Commentaar op 1 Samuël 8:1-3

(Lees 1 Samuël 8:1-3)

Het schijnt niet dat de zonen van Samuël zo profaan en boosaardig waren als de zonen van Eli; maar zij waren corrupte rechters, zij keerden zich af naar lucre. Samuël nam geen steekpenningen aan, maar zijn zonen wel, en toen verdraaiden zij het oordeel. Wat de grieven van het volk nog deed toenemen, was dat zij bedreigd werden door een invasie van Nahash, koning der Ammonieten.

Commentaar op 1 Samuël 8:4-9

(Lees 1 Samuël 8:4-9)

Samuël was ontstemd; hij kon geduldig verdragen wat op hemzelf en zijn eigen familie betrekking had; maar het ontstemde hem toen zij zeiden: Geef ons een koning om ons te oordelen, want dat had betrekking op God. Het dreef hem op zijn knieën. Wanneer iets ons verontrust, is het ons belang, zowel als onze plicht, om onze moeilijkheden voor God te tonen. Samuel moet hun zeggen dat zij een koning zullen hebben. Niet dat God behaagd was met hun verzoek, maar zoals Hij ons soms tegenwerkt uit liefdevolle vriendelijkheid, zo bevredigt Hij ons op andere tijden in toorn; zo deed Hij hier. God weet hoe Hij Zichzelf kan verheerlijken, en dient Zijn eigen wijze doeleinden, zelfs door de dwaze raadgevingen van mensen.

Commentaar op 1 Samuël 8:10-22

(Lees 1 Samuël 8:10-22)

Als zij een koning zouden hebben om over hen te regeren, zoals de oosterse koningen over hun onderdanen heersten, zouden zij het juk buitengewoon zwaar vinden. Degenen die zich onderwerpen aan de heerschappij van de wereld en het vlees, wordt duidelijk gezegd, wat een harde meesters het zijn, en wat een tirannie de heerschappij van de zonde is. De wet van God en de wijze van de mensen verschillen ver van elkaar; de eerste moet onze regel zijn in de verschillende betrekkingen van het leven; de laatste moet de maatstaf zijn van onze verwachtingen van anderen. Dit zouden hun grieven zijn, en, wanneer zij tot God klaagden, zou Hij hen niet horen. Wanneer wij onszelf in nood brengen door onze eigen verkeerde verlangens en plannen, verspelen wij terecht de troost van het gebed, en het voordeel van Goddelijke hulp. Het volk was halsstarrig en dringend in hun eis. Plotselinge voornemens en haastige verlangens maken werk van lange en kalme bekering. Onze wijsheid is, dankbaar te zijn voor de voordelen, en geduldig onder de nadelen van de regering waaronder wij mogen leven; en voortdurend te bidden voor onze heersers, dat zij ons mogen regeren in de vreze Gods, en dat wij onder hen mogen leven in alle godsvrucht en eerlijkheid. En het is een hoopvol teken wanneer onze begeerten naar wereldse dingen uitstel kunnen verdragen; en wanneer we de tijd en de manier waarop ze worden ingewilligd kunnen verwijzen naar Gods voorzienigheid.

Articles

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.